-
1 remit a punishment
kwijtschelding van straf -
2 pardon
n. pardon; vergiffenis; gratie--------v. vergeven; gratie verlenen; vergiffenis schenkenpardon, wat zei u?————————pardon1[ pa:dn] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:general pardon • amnestiepardon • pardon, wat zei u?————————pardon2〈 werkwoord〉1 vergeven ⇒ genade/vergiffenis schenken, een straf kwijtschelden♦voorbeelden: -
3 Amnestie
Amnestie〈v.; Amnestie, Amnestien〉♦voorbeelden:jemandem Amnestie gewähren, zusichern • iemand amnestie verlenenunter die Amnestie fallen • amnestie krijgen -
4 Straferlass
-
5 remission
n. vergeving, kwijtschelding; verzwakking, remissie[ rimmisjn] -
6 relaxation
n. ontspanning(svorm); verlichting (v. straf, plicht enz.)[ rie:lækseesjn]2 gedeeltelijke kwijtschelding/verlichting 〈 van straf, plicht enz.〉
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский